Paus Franciscus pleit voor een sacramentele kijk op de werkelijkheid en dat is radicaal anders dan moderne westerse mensen kijken. Hij borduurt daarmee voort op de principiële toewending van de kerk naar de wereld tijdens het Tweede Vaticaans Concilie, maar er waren al eerder in 'de verschrikkelijke en tegelijk zo geweldige twintigste eeuw katholieken die anders gingen kijken, zo betoogt prof. Stephan van Erp in zijn nieuw verschenen Thijmessay De onvoltooide eeuw. Een inkijkje.

In zijn toespraak bij zijn bezoek aan het Europese parlement op 25 november 2014 had paus Franciscus het over de eenzaamheid in onze tijd. Ouderen worden aan hun lot overgelaten, jongeren hebben hun gevoel voor richting verloren, constateerde hij. Dit is volgens hem het directe gevolg van de huidige economische orde waarin mensen zijn overgeleverd aan de machinerie van het geld, in plaats van dat ze worden aangesproken op hun ‘transcendente waardigheid’, hun fundamentele relationaliteit. 



In zijn recente encycliek over de ecologie is hij nog uitgesprokener en noemt hij de ecologische crisis het directe gevolg van het antropomorfe wereldbeeld van de moderne mens. Hiermee bedoelt hij de wijze waarop mensen zich door middel van technologie boven de natuur denken te kunnen plaatsen en daarbij de natuur zelf behandelen als koude materie, waartoe ze zelf niet behoren.

Het wordt tijd, schrijft Franciscus, ‘de wereld als het sacrament van gemeenschap te zien, als de wijze waarop we delen met God en onze naasten op een mondiale schaal’. 



Franciscus’ kritiek komt voort uit een radicaal ander beeld van het heden. Waar de moderne mens van breuk naar breuk leeft en denkt zich van de geschiedenis te kunnen ontdoen, ziet Franciscus in elke breuk een moment waarop de godsrelatie met voeten wordt getreden, juist daar waar sociale relaties uit hun door God gegeven verband worden gerukt en bepaalde groepen het onderspit moeten delven.

Religie in deze vorm is geen verbeelding van iets waar anders geen woorden voor zijn, of een instrumentalisering van de wensgedachte dat iets verschrikkelijks nooit meer zal voorkomen. Het katholieke geloof is geen symbolisering van onze goedbedoelde opvattingen of hoop, maar een tekenbewustzijn van de momenten en plaatsen in de wereld waar God zichtbaar wordt. 



De theologie van Franciscus is daarmee het vervolg op de kerkelijke verkondiging in de encyclieken Rerum novarum en Pacem in terris. Voorafgaand aan de beroemd geworden zin uit Gaudium et spes, waarin de kerk haar opdracht verstaat als het onderzoeken van de tekenen van de tijd, staat dat ‘Christus in deze wereld is gekomen om getuigenis af te leggen van de waarheid, om te redden en niet om te oordelen, om te dienen en niet om gediend te worden’. De tekenen van de tijd onderzoeken in het licht van het evangelie is het zien van precies deze aanwezigheid in de wereld. 



De wijze waarop David Jones, Dorothy Day en Edward Schillebeeckx die aanwezigheid gestalte gaven, was een sacramentele. Net als Franciscus in Laudato Si, zagen zij in de liturgie, de contemplatie, de verbeelding en de zorg voor de armen wegen om God te ontmoeten.

Franciscus schrijft dat ‘de godsontmoeting geen vlucht uit de wereld betekent of dat men de natuur de rug toekeert’, en dat ‘in de eucharistie God naar ons toekomt, zodat we hem kunnen vinden in onze wereld’. Deze sacramentele visie toont een heel andere manier om met breukmomenten om te gaan dan in de afgelopen eeuw vaak gebruikelijk was.

In het sacrament wordt de breuk niet ontkend door de wereld te vermijden of af te wijzen. De geschiedenis wordt in het sacrament niet opgeheven en dient al evenmin als instrument om het moeilijke verleden ‘een plaats te geven’. In het sacrament wordt juist opnieuw zichtbaar gemaakt dat in de gebrokenheid de gegeven mogelijkheid naar voren treedt om samen te delen. 

*

Dit is een fragment uit het essay 'De onvoltooide eeuw' van prof. dr. Stephan van Erp, hoogleraar fundamentele theologie aan de KU Leuven en voorzitter van de Wetenschappelijke Raad van het Thijmgenootschap.

Leden van het Thijmgenootschap hebben dit essay, deel van de Annalen van het Thijmgenootschap, thuisgestuurd gekregen. Ook lid worden?

Geen lid van het Thijmgenootschap? U kunt het boek hier bestellen.