thijm_93-1

93

Solidariteit met de arme en behoeftige is vaak gezien als een belangrijk element van de christelijke levenswijze en vormt ook een van de beginselen van de christelijke sociale leer. Tegenwoordig wordt deze solidariteit ten minste deels ter discussie gesteld. Critici benadrukken dat de steun die verleend wordt leidt tot passiviteit en misbruik. Of dat deze hulp bij nadere beschouwing hypocriet is omdat degenen die de hulp ontvangen door de gever klein gehouden worden. Zij pleiten daarom voor een vermindering van de verstrekte hulp (ondersteuning) en doen een groot beroep op de zelfstandigheid van individuen en groepen. Voor anderen betekent dit een teloorgaan van door de christelijke traditie gevormde onderlinge maatschappelijke verhoudingen.

In dit boek wordt nagegaan of solidariteit inderdaad verloren gaat, of dat we te maken hebben met een vernieuwing van een basiswaarde van de christelijke traditie.

Allereerst wordt bezien hoe solidariteit (of vergelijkbare noties) door de eeuwen heen is opgevat. Hierbij wordt de samenhang tussen solidariteit en subsidiariteit behandeld. Solidariteit blijkt geen a-historisch of abstract begrip te zijn, maar een antwoord op speciļ¬eke problemen zoals industrialisatie en arbeidsdeling. Op dit moment vormt individualisering en de daarmee gepaard gaande verzwakking van sociale organisaties het probleem. De vraag is of solidariteit en individualisering samen kunnen gaan. 

Solidariteit heeft op zeer verschillende terreinen van het maatschappelijk leven gestalte gekregen. De verhouding tussen solidariteit en individualisering wordt besproken door deskundigen op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking, de sociale zekerheid, de pensioenvoorziening en de gezondheidszorg.

Solidariteit onder druk? verschijnt als deel 93.1 in de reeks Annalen van het Thijmgenootschap.